Wingbergermolen

Epen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

                           

 

 

 

 

     

 

 

                

 

 

 

 

 

 

 

 

Naam

Wingbergermolen

Epermolen

Plaats

Epen

Type

turbinemolen

Beek

Geul

Bouwjaar

1844 / 1914

Functie

korenmolen

Molendb

gegevens

Eigenaar

particulier

Foto’s

mei 2009

 

 

 

 

                        

 

 

 

Metselaar en molenaar

 

De watermolen is relatief jong, in 1844 bouwde metselaar Pieter Joseph Lintzen eigenhandig de molen op een stuk land dat hij enige jaren daarvoor gekocht had. Het was nog niet zo lang, pas sinds de Franse tijd waarin heerlijke rechten als het banrecht opgeheven waren, dat burgers zelf molens konden bouwen. De waterradmolen kreeg een houten onderslagrad met een diameter van 5,40 m en een breedte van 0,83 m. Lintzen bekwaamde zich in zijn nieuwe beroep van graanmolenaar op zijn molen.

 

 

        

 

        de molentak, een gegraven afslagtak van de Geul; het krooshek verhindert dat aandrijvende zaken als takken

        de turbine kunnen beschadigen

 

 

Turbinemolen

 

In 1890 bleek de molen een middenslagrad met diameter 5,70 m en breedte van 0,77m gekregen te hebben. Het rendement was daarmee groter geworden. Molenaar Jan Pieter Stassen kocht in 1905 de molen en wilde innoveren. Het lukte hem toestemming te krijgen het waterad te vervangen door een turbine en de molengebouwen uit te breiden. De Francis-turbine werd in 1914 geplaatst, het turbinehuis dat daartoe gebouwd moest worden en de verdere verbouwingen gaven de molen een ander aanzien.

 

De maalstoel bestaat uit gietijzeren kolommen en er zijn twee maalkoppels die via riemen door de turbine aangedreven werden. Via de as van de turbine werd ook een transmissie-as aangedreven waarmee het luiwerk bediend werd. In de Eerste wereldoorlog dreef deze as ook een dynamo aan die genoeg gelijkstroom leverde voor huishoudelijk gebruik.

 

 

Bestemmingen

 

Na de Tweede wereldoorlog is het bedrijf gewijzigd. De molen werd ingericht voor het maken van mengvoer, magazijnopslag en bewoning. Weer later toen de molen buiten bedrijf was gesteld, is het gebouw ingericht als magazijn en winkel. De gebouwen hebben nu een recreatie- en horecabestemming. De watermolen is in gebruik als taveerne, in de molengebouwen is plaats gemaakt voor groepsaccomodatie.

 

 

 

                                       

 

                                           vistrap

 

 

 

 

         

 

           het aswiel op de turbine-as met twee riemschijven of poelies, iedere poelie drijft via een leren riem een steenspil aan

 

 

 

                           

 

                            de turbine-as drijft naast het aswiel ook een kroonwieltje aan voor het luiwerk

 

 

                  

 

 

 

                                                                        

 

                                                                          de lui-as op de steenzolder

 

 

 

 

 

                                

 

                                 de leren riem aangedreven door het aswiel, drijft via een riemschijf de steenspil aan

                                  

 

 

 

                                                                                   

 

 

                      

 

de Wingbergermolen gebruikte ‘permanentstenen’. Deze stenen vergden weinig onderhoud vanwege het diepe profiel maar scheurden sneller. Het scherpsel heet gatenscherpsel.

 

 

 

                    

 

Een zgn ‘blauwe steen’. De molensteen is gehakt uit het lavabasaltgesteente uit de Eifel. In de 19e eeuw werden ze na de introductie van de kunststenen nog gebruikt voor het malen van tarwe en boekweit vanwege de betere maaleigenschappen.

 

 

 

 

de Epermolen, de Epener Molen, de Epener Geulmolen, de Wingbergermolen, de Onderste Molen

 

 

 

 


 

Ansichtkaarten

 

 

 

                   

 

                       1972; Onderste Molen

 

 

 

Ten opzichte van de stroomopwaarts gelegen Volmolen, is de Wingbergermolen  de ‘Onderste molen’ zoals de molen op bovenstaande ansichtkaart ook genoemd wordt. Omdat de Geul tussen beide molens de neiging had te verzanden en ondieper te worden, kon de beek niet veel water bergen.

 

Als bij de Wingbergermolen gestuwd werd, stond de Volmolen te veel in het water. Het onderwater bij het waterrad kreeg een te hoog peil, en het rad draaide niet meer. Vele molenaarsruzies waren het gevolg.

 

In de 19e eeuw liet de eigenaresse van de Volmolen uiteindelijk op eigen kosten de Geul verdiepen op het traject tussen de molens.

 

 

 

 

                                    

 

                                           1963

 

 

              

 

                           1953

 

 

                     

 

                        1928

 

 

 

                         

 

                           1910; Epener Molen

 

 

 

          

 

            1906; Epener Geulmolen met gasten uit Pension Hotel “De Kroon”

 

 

 

                            

 

                                    Epener Geulmolen (Epen)

 

 

 


 

 

Homepagina Watermolens

 

site Leumolen